Een blog over donorschap? Tja, er is wettelijk nu iets veranderd wat maakt dat je hoe dan ook moet kiezen. Dus goed om wat Bijbelse gedachten mee te nemen.

Aanleiding: Per 1 juli 2020 zal er een proces op gang komen, waarbij als je niet reageert (na 2 reminders) je daarmee automatisch hebt ‘gekozen’ voor orgaan- en weefseldonatie na je sterven. Informatie van de overheid vind je op www.donorregister.nl. Vanwege de corona-crisis is de termijn verlengd. Als je niet reageert voor 1 juli, zal pas per 1 september de 1e  reminder om alsnog te kiezen verstuurd worden naar je.

Doel van deze blog is om je denkproces m.b.t. het donorschap op gang te helpen. Het is niet mijn doel om je vertellen welke keuze je moet maken. Het is jouw keuze! Maar aangezien we als kinderen van God gemaakt zijn door Hem, is het ook goed om informatie vanuit de Bijbel te ontvangen om je te helpen in het denkproces.

Zinvol is het om niet alleen tot een keuze te komen, maar ook in gesprek te gaan met je evt. partner, familie  en/of vrienden, zodat zij ook weten waarom je die keuze maakt. Uiteraard is je startpunt hierbij: gebed!

Een goede website die je helpt om zowel praktische informatie te krijgen en welke vragen er leven bij  christenen is: www.npvzorg.nl/orgaandonatie-aanbod-voor-kerken.

Er zijn verschillende type van doneren: bij je leven (zoals bloed en een nier) en bij je dood. Beiden hebben hun eigen afwegingen. Je kan ook wisselende keuzes maken per orgaan of weefsel. Deze blog gaat overigens alleen in op het donorschap na je dood. Het is dan ook vaak noodzakelijk bij donorschap dat je overlijdt in een ziekenhuis. De medische middelen moeten namelijk direct voor handen zijn om het mogelijk te maken.

Het voert te ver om in deze blog alles uitgebreid te behandelen. Ik verwijs dus door naar voornoemde sites. En er zijn uiteraard ook andere bronnen die je kunt raadplegen.

Er zijn vier thema’s waar je over na kunt denken in het bepalen van je keuze. Bij al deze gebieden zijn Bijbelse overtuigingen te vinden. Ik zal ze kort behandelen.

  • Naastenliefde
  • Integriteit van je lichaam
  • De wederopstanding
  • Het stervensproces

Naastenliefde

Er zijn geen Bijbelteksten die letterlijk donorschap positief benoemen. Deze medische mogelijkheid was in die tijd van de Bijbel niet bekend. Het liefdesgebod wat vaak gebruikt wordt luidt:

“Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf.” (Mat. 22:39 NBG51)

Jezus spreekt ook over naastenliefde in de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. Joh. 15:33 spreekt over het inzetten van je leven voor je vrienden. Jezus gaf zelf zijn leven voor ons door te sterven. Allemaal Bijbelse gedachten die wijzen op de inzet van je leven voor de ander. Deze gedachte kan dus ook gelden met betrekking tot het donorschap. Je kan je lichaam dat in de aarde gezaaid wordt en tot stof vergaat, inzetten om een ander nog verlenging te geven van het leven. Als een daad van naastenliefde. Waarschijnlijk zal je een zelfde daad van naastenliefde van een ander ook ontvangen wanneer je het zelf nodig hebt.

Wat vaak vergeten wordt, is dat je bij donorschap niet alleen te maken hebt met de onbekende persoon waar je eventueel aan doneert, maar ook met je familie, vrienden en partner die hierdoor een ander rouwproces tegemoet gaan (zie verder). Het kan liefdevol zijn om voor hen een andere keuze te maken, zodat ze goed kunnen rouwen.

Vandaar dat het ook goed is om met hen te praten over je keuze en dat mee te nemen in je besluit.

Integriteit van het lichaam

Je hebt een uniek lichaam gekregen van God met een uniek DNA. Een donororgaan ontvangen, gaat vaak niet vanzelf. Er ontstaan afweermechanismes in het lichaam die met medicijnen overwonnen moeten worden. Dit laat zien dat donorschap geen natuurlijk iets is en het door ons mensen mogelijk is gemaakt.

Er zijn teksten die de kostbaarheid van ons lichaam en de eenheid van geest, ziel en lichaam onderstrepen.

“En Hij, de God des vredes, heilige u geheel en al, en geheel uw geest, ziel en lichaam moge bij de komst van onze Here Jezus Christus blijken in allen dele onberispelijk bewaard te blijven.” (1Th 5:23 NBG51)

“Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die gij van God ontvangen hebt, en dat gij niet van uzelf zijt?” (1 Cor. 6:19 NBG51)

Dit pleit dan voor het heel houden van je eigen lichaam.

Maar we kunnen medisch nogal veel. We opereren zieke organen en nemen zelfs organen deels weg zodat het leven alsnog verlengd kan worden. We plaatsen kunstknieën, etc. Of te wel hoe integer houden we in de praktijk ons lichaam?  En schenden we daarmee de integriteit van ons lichaam of bevestigen we juist de door God gegeven vaardigheden die we ontwikkelen? En zouden we dan met een dood lichaam dat toch tot stof vergaat niet een zegen kunnen zijn voor nog levende mensen? Die hierdoor nog tijd krijgen voor bekering?

De wederopstanding

Ons leven op aarde is eindig en we zijn bestemd voor de eeuwigheid. In het begraven zaaien we het hele lichaam van die persoon in de verwachting dat hij opstaat met een verheerlijk lichaam.

“Er wordt een natuurlijk lichaam gezaaid, en een geestelijk lichaam opgewekt. Is er een natuurlijk lichaam, dan bestaat er ook een geestelijk lichaam.” (1 Cor. 15:44 NBG51)

“die ons vernederd lichaam veranderen zal, zodat het aan zijn verheerlijkt lichaam gelijkvormig wordt, naar de kracht, waarmede Hij ook alle dingen Zich kan onderwerpen.” (Flp 3:21 NBG51)

Dit brengt er sommigen toe om het lichaam zo heel mogelijk te willen begraven om zo eer te geven aan de integriteit van het lichaam.

Daar tegen in kan worden gebracht dat hoe dan ook het aardse lichaam letterlijk tot stof vergaat en dat vele lichamen door andere oorzaak (brand, folteren, natuurgeweld, oorlogsgeweld, in de zee) al verminkt het ‘graf’ in gaan. Dit zal geen beperking op leveren voor de kracht van de wederopstanding. Het verheerlijkte lichaam lijkt weliswaar op ons oude lichaam, maar is niet hetzelfde.

Het stervensproces

Wanneer iemand sterft is dat een proces. Het lichaam stopt niet direct met functioneren. Niet alles is ook direct onomkeerbaar. Wanneer b.v. het hart stopt met kloppen, kan je nog reanimeren en dan zou de persoon weer verder kunnen leven. Bij het sterven van iemand vallen dus na verloop van tijd allerlei functies uit en wordt uiteindelijk het lichaam koud. Medisch en juridisch is iemand overleden, wanneer hij hersendood is. Dit betekent dat de hersenen (incl. stam) niet meer functioneren en dus zonder hulpmiddelen hart en ademhaling zouden stoppen. In wezen heb je dan een lichaam zonder functionerend hoofd. Deze constatering is nodig om te kunnen doneren. Het lichaam is dus afhankelijk van apparatuur om te kunnen ‘leven’. Zodat vervolgens nog levende organen verwijderd kunnen worden.

Dit is voor de naasten een moeilijk iets. Immers het hart klopt nog en het lichaam is nog warm. En toch is de persoon technisch gesproken overleden. En geschikt om te doneren. Het lichaam wordt weggenomen om alsnog geopereerd te worden. Pas daarna kan men verder met rouwen.

De Bijbel spreekt over dood wanneer je geest het lichaam verlaten heeft:

“Want gelijk het lichaam zonder geest dood is, zo is ook het geloof zonder werken dood.” (Jak 2:26 NBG51)

“En Jezus riep met luider stem: Vader, in uw handen beveel Ik mijn geest. En toen Hij dat gezegd had, gaf Hij de geest.” (Luc. 23:46 NBG51)

Maar wanneer is dat moment precies? Dat blijft een mysterie.

Een ander belangrijk punt is, welk geloof hebben de omstanders (partner, familie, gemeente) in het stervensproces? Jezus had geloof voor het dochtertje van Jaïrus. Haar geest keerde terug naar haar lichaam en ze leefde verder. Haar lichaam was echter op weg naar haar begrafenis!

“En haar geest keerde terug en zij stond dadelijk op en Hij beval, dat men haar te eten zou geven.” (Luc. 8:55 NBG51)

Een ander voorbeeld is Lazarus en Paulus (die gestenigd was). Verwacht jij dat de gemeente, je partner etc. geloof oefenen wanneer je in het stervensproces zit of juist niet. Hoe kijk je daar tegen aan? Is het geloof voor een wonder alleen voor het ziekteproces of ook voor het stervensproces? Hoe je daar naar kijkt, bepaalt ook mede hoe staat in je keuze voor donorschap.

Welke hoofdkeuzes heb je op donorregister.nl?

  • Donorschap volledig ja
  • Donorschap gedeeltelijk ja (orgaan en weefsel afhankelijk)
  • Donorschap nee
  • Donorschap keuze aan partner, familie of ander

Ik hoop dat ik je geholpen heb in je denkproces en je tot een goed afgewogen keuze kunt komen. Voel je vrij om contact met me te zoeken voor vragen.

Richard Wilbrink